Zijn tweede fiets

Van zijn nieuwe vader en zijn moeder kreeg hij op zijn negende verjaardag een (tweede of derde hands) jongensfiets. Toen woonde hij op de Sumatrastraat 33 t.o.v. het DVO (Departement van Oorlog). Het zadel moest nog wat lager gesteld worden want met negen jaar mat hij nog geen 128 cm. Na een paar keer geholpen te zijn om in het zadel te blijven en niet te vallen had hij de truc door. Als je maar de vaart erin hield en goed stuurde bleef je erop. Als je op de weg reed moest je wel links rijden. Zo oefende hij dus enkele dagen rond het plein voor het DVO. En hij maakte er een wedstrijd van om het zo snel mogelijk te doen. Hij had weliswaar geen horloge maar aan het aantal zweetdruppels op zijn voorhoofd te schatten kon hij aanvoelen of hij het beter gedaan had dan de vorige keer. Hij fietste al gauw door de hele buurt en ook naar zijn school op het Tjitaroemplein. Hij fietste ook wel de Dagoweg op en dan kon hij lekker snel naar beneden fietsen.

Op een dag had hij dat ook gedaan en hij kwam via het kruispunt bij Naripan de Riouwstraat in en hij wilde naar rechts de Sumatrastraat in rijden. Daar wilde een man de straat te voet oversteken en hij was al op de weg maar hij twijfelde. Ton wist nog niet hoe hij hem moest ontwijken en reed over zijn hiel heen en viel daardoor over zijn stuur. Hij kwam met zijn gezicht op het asfalt terecht. Toen hij opstond had hij ogenschijnlijk geen bloed aan zijn gezicht. Maar toen zijn moeder hem letterlijk aan de tand voelde, bleek een voortand toch deels afgebroken te zijn. Daar had hij nadien last van tot zijn vijf en twintigste vooral als hij ijsjes at.

Wel werd er in Bandung toen hij dus nog een klein jongetje was een wielrenwedstrijd gehouden. Het parcour ging via de Dagoweg omhoog, langs Tjieumbuluit en via de Tjihampelasweg naar beneden via de Kininefabriek weer naar de Dagoweg en dat 15 keer.. Hij stond boven aan bij de Dagoweg en zag de renners naar boven zwoegen.. “Kunnen jullie niet harder?” vroeg hij aan hen. “Dan moet je ons aan de andere kant zien!”zei er één. “Daar gaan wij met 70 km per uur naar beneden.”

Verder Terug Naar boven Home Page