U kunt het alfabet gebruiken om snel naar een andere gezochte term te springen:

A B C D E F G H I J K2 L M N O P Q R S T U V W Z

KARMA De invloed of wetmatigheid die het verleden op ons heeft binnen individuen of in groepen. Sommigen zoals Manfred van Doorn ('92) geloven dat onze vorige levens er iets mee te maken kunnen hebben. Ikzelf heb vooralsnog de mening dat mogelijkerwijs onze genetische DNA structuur het van onze voorouders hebben meegekregen. Gaarne zou ik willen vernemen of er lezers zijn die het met mij eens zijn.
KAARTENBAK Methode waarbij op een kartonnen kaart (NAW) gegevens in RUBRIEKEN worden vastgelegd, voorloper van DATABASE systemen zoals dBASE, Clipper, Foxpro, ORACLE, PROGRESS enz.
KENNIS 1 Begrepen relevante informatie voor een doel; statische _ : niet toepepaste verouderde _; dynamische _ : levendige vernieuwde _ ;
onderkend als de vierde productiefactor na: mensen, kapitaal, grondstoffen; meestal is deze begrepen informatie in mensen zelf vastgelegd zoals bij specialisten, wetenschappers, kunstenaars;
een deel van deze informatie cq. kennis hebben zij zelf of via andere mensen vastgelegd in een medium ( zie ook: KENNISVASTLEGGING).
Hieruit kunnen we concluderen dat kennis overdraagbaar is. Eén persoon hoeft de nieuwe kennis, wat tegenwoordig meestal voortkomt uit een combinatie van andere kennis, slechts te begrijpen en te kunnen practiseren en anderen kunnen het daarna ook. Voorbeelden: harttransplantaties, waterstofbommen, clonen van organismen, marketing formules. EXPLICIETE-_: kennis dat is opgeslagen in rapporten, boeken en databases. IMPLICIETE-_: kennis aanwezig bij mensen, zie KENNIS 2.
KENNIS 2 Volgens Weggeman (Weggeman, 97) kun je kennis onderscheiden in expliciete_ en impliciete_. De expliciete kennis is eenvoudiger vast te leggen in theorieën, formules, modellen, regelgeving en procedures. Overdraagbaar door zelfstudie, locaal onderwijs, instructies en teleleren. De impliciete kennis houdt in dat er nog ervaringen, vaardigheden en attituden van de kennishouder om de hoek komt kijken.
Hij stelt dat K(ennis) = I x (EVA), waarbij I= expliciete_ en EVA= ERVARINGEN, VAARDIGHEDEN en ATTITUDEN
KENNIS 3 Volgens Hofman ( H. Hofman, 97) is kennis te onderscheiden in empirische, formele en waardenkennis De eerste kennissoort heeft betrekking op ervaringen van de individu of organisatie, de tweede op de wetenschappelijke juistheid en logica, terwijl de derde op de subjectieve, toegevoegde waarden stoelt die voortkomen uit maatschappelijke positie en belang
KENNIS 4 Volgens het PRAGMATISME van o.a. Darwin en ook Dewey is kennis een vorm van handelen, een vitale functie die in werking treedt zodra het dynamische evenwicht dat de natuurlijke situatie kenmerkt, verstoord wordt. Daarbij geldt: wat werkt is waar.
KENNIS 5 Volgens Gadamer is bepaalde soort kennis zoals bv. kunst en literatuur een samensmelting van schepper en aanschouwer zodanig dat er een horizonversmelting ontstaat een soort integratie van beide partijen waarbij een 'nieuwe legering gevormd wordt met nieuwe eigenschappen'.
KENNIS 6 Vanuit de zijde van de historici is het uitleggen/verklaren van tekst (hermeneutiek) verder ontwikkeld tot een algemene theorie van het menselijk denken. De kennis of wetenschappelijk benadering is gericht op het verkrijgen van inzicht in bepaalde maatschappelijke verschijningen.
KENNIS-AANBIEDER Degene die kennis aan te bieden heeft
KENNISABSORBTIE De penetratie van kennis in de samenleving
KENNIS-AFSTOTING Het afstoten dus niet meer gebruiken van in onbruik geraakte kennis; dit is de zesde en laatste stap in de KENNISWAARDE-KETEN
KENNIS-ANALYSE Het in gedeelten onderzoeken van de aanwezige kennis binnen de organisatie
KENNISASSIMILATIE Het verspreiden van kennis door opname in de samenleving
KENNISBARRIèRES Weerstanden die het assimileren van kennis binnen een groep kunnen vertragen.
KENNISBEHEER Zie kennismanagement
KENNIS BENUTTING Het daadwerkelijk gebruiken van de aanwezige kennis
KENNISBEZITTER Degene die impliciete kennis bezit
KENNISBOOM Boom der kennis; voorstelling van zaken die m.b.v. een boom eenvoudiger uitgelegd kan worden b.v. KENNIS KOESTEREN, KENNIS VRUCHTEN PLUKKEN; KENNIS ENTEN; KENNIS VERTAKKEN; SNOEIEN VAN DE KENNISBOOM, SLECHTE SEIZOEN, enz.
KENNISBOUWKUNDE De wetenschap die zich bezig houdt met het bestuderen van kennis-vergaring en toepassing
KENNISCATEGORIEëN Klassen van kennis; kennissoorten
KENNISCENTRUM Het middelpunt van een regio waar veel kennis aanwezig is
KENNISCONCURRENTIE Het krachtenveld dat zich afspeelt tussen interactieve media welke er op de beste manier de hoogste kwaliteit kennis kan leveren op een bepaald gebied.
KENNISDEBAT De in 1996/1997 in Nederland gehouden landelijke discussie over de vraag hoe de kennis voor morgen, voor het jaar 2010, opgebouwd kan worden zodanig dat rekening houdende met verschillende scenario's de middelen zo effectief mogelijk ingezet kunnen worden.
KENNISDELTA Door Dany Jacobs (Jacobs, 96) in zijn boek: Het KENNISOFFENSIEF omschreven gebied vanaf de Rijn bij Lobith naar het westen zich uitstrekkend.
KENNISDEPOT Plaats waar men tijdens het KENNISFESTIVAL zijn ideeën kon deponeren
KENNISDIENST Een kennisintensieve dienst; bv. consultancydiensten, advocatuur enz.
KENNISDOCUMENT Informatie verzameling op een bepaald medium: papier, tape, CD-ROM
KENNISDOMEIN Het gebied waar verschillend vakgebieden samen een rol spelen
KENNIS-DRAGER Degene die impliciete kennis bezit, zie ook KENNISBEZITTER
KENNIS - ECONOMIE Economie gebaseerd op het slim inzetten van kennis; niet alleen feitelelijke kennis, maar tevens het vindingrijk genereren van nieuwe mogelijkheden voor de organisatie
KENNIS-ENCYCLOPEDIE KENNIS-NASLAGWERK over KENNISTERMEN dwz. termen die gebruikt worden bij het vakgebied KENNISMANAGEMENT
KENNISEXPORT De uitvoer van kennis naar het buitenland
KENNIS FACILITATOR Door Hofman voorgestelde term voor KENNIS MANAGER
KENNISFESTIVAL Tijdens het KENNISDEBAT gehouden feestelijkheden met het thema KENNIS VOOR MORGEN
KENNISGEBIED Het vakgebied waar de kennis een rol speelt, kennisterrein, discipline
KENNISGENERATIE Het voortbrengen van kennis
KENNISGEREEDSCHAPPEN Hulpmiddelen om kennis efficienter te produceren, te verkrijgen, te verspreiden te begrijpen, te onthouden, te bewaren en toe te passen
KENNISHOUDER De bezitter van bepaalde soort impliciete kennis
KENNIS-INFRASTRUCTUUR Alle instellingen, instituten en aanwezige systemen die de kennis kunnen opbrengen en verder distribueren.
KENNISIMPORT De invoer van kennis uit het buitenland
KENNISINKOOP Het kopen van kennis
KENNISINGENIEUR Degene die de (deel)kennis binnen de organisatie in kaart brengt en deze ook
beheersbaar aan een KENNISMANAGER aanbiedt.
KENNISINSTELLING (Non)Profit organisatie die zich voornamelijk met kennisintensieve producten en diensten bezig houdt
KENNISINTITUUT Non profit organisatie die zich met kennisintensieve zaken bezig houdt
KENNISINTENSIEF Organisaties die veel kennis bij hun werkzaamheden gebruiken
KENNISINTENSITEIT De mate van aanwezige kennis binnen organisaties
KENNISINTENSIVITEIT De mate waarin organisaties de aanwezige kennis gebruiken
KENNISINTERPRETEERDER Zie KENNISINGENIEUR
KENNISINTROSPECTIE De zelfkennis aangaande de aanwezige kennis
KENNIS-INVENTARISATIE Eerste stap in de KENNISWAARDE-KETEN, in kaart brengen van aanwezige relevante kennis
KENNISKAART Voorstelling van zaken mbt de aanwezige kennis binnen de organisatie, zie ook de Jaarringen Analogie Methode(TM)
KENNISKOOR Tijdens het KENNISFESTIVAL optredende koor
KENNISKRING Studiekring in een bepaalde wijk met het doel ouderen of bepaalde groepen mensen van elkaar te laten leren en gezamelijk iets voort te brengen
KENNIS-NASLAGWERK Verzameling termen die gebruikt worden bij het vakgebied KENNISMANAGEMENT, zie ook KENNIS-ENCYCLOPEDIE


U kunt het alfabet gebruiken om snel naar een andere gezochte term te springen:

A B C D E F G H I J K1 K2 L M N O P Q R S T U V W Z

Terug Verder Overzicht Homepage