LANGE-TERMIJN-LEERCURVE | Gedurende de levensloop van een individu zien wij een INTERACTIE
tussen de INDIVIDU en zijn OMGEVING: - de omgeving oefent invloed uit op de individu door socialisatie, roltoekenning, beloning, waardering, typering enz. zodanig dat hij daarin past. - individuen zoeken zodanige omgevingen op die passen bij hun eigenschappen en voorkeuren - individuen scheppen hun eigen omgeving die past bij hun eigen stijl van leren |
LATERAAL DENKEN | Niet volgens de gevestigde regels denken maar met nieuwe frisse ideeën komen, een term van de Bono |
LEERMETHODE | De manier waarop men de benodigde kennis impliciet maakt zoals: STAMPEN, DRILLEN, HERHALEN, OVERDENKEN, INDIKKEN, OEFENEN, BESEFFEN, WILLEN; zie ook LEERSTIJLEN |
LEERSTIJLEN | Volgens Kolb kunnen mensen optimaal leren indien zij vier capaciteiten hebben: - leren van hun concrete ervaring - leren met hun reflectieve observatie - leren met de mogelijkheid van abstracte begripsvorming - leren door het actieve experiment - leren door het inzichtelijk ordenen ( ALL WELL Thinkware bijdrage) De meeste mensen zijn goed in twee van de vijf leerstijlen. |
LEERVERMOGEN | De snelheid waarmee een individu of organisatie bepaalde kennis zich eigen kan maken |
LEIDERSCHAP | De eigenschap om op de juiste manier leiding te geven binnen een groep of organisatie. |
LEREN | Hetgeen men nog niet weet trachten te begrijpen en door oefening de impliciete kennis zich eigen te maken; zie ook LEERSTIJLEN |
LERENDE ORGANISATIES | Volgens ALLWELL Thinkware kunnen organisaties een bepaalde attitude erop na houden dat gekenmerkt wordt door de volgende figuur |
LINKS | Dynamische verwijzingen naar andere plaatsen waar de informatie via hypertekst te bereiken is |
LOGISTIEK | De organisatie van verplaatsingen; vervoer (goederen); verkeer (personen); telematica (berichten); workflow (bedrijfsprocessen); mindflow (kennismanagement) |